Groenbemesters
Bodemverbetering, organische stof aanvoer en/of aaltjesbestrijding

Omschrijving

Het inzaaien van een groenbemester is een standaard maatregelen voor het bevorderen van de bodemgezondheid. Zowel op de korte termijn, als op de lange termijn waarbij de bodemstructuur verbetert als gevolg van de afbraak van effectieve organische stof.

De keuze voor de juiste groenbemesters begint met het bepalen van het teeltdoel en het zaaitijdstip. Iedere groenbemester heeft een eigen periode van zaaien waarin het gewas tot een goede ontwikkeling komt om zo een optimaal rendement te behalen. Een bepalende factor tijdens de groenbemesterkeuze is de aanwezigheid van alen

Wanneer het teeltdoel zich richt op bodemverbetering hoeft niet alleen naar organische stofaanvoer gekeken te worden. Elke soort groenbemesters heeft specifieke eigenschappen op het gebeid van doorworteling, bodembedekking maar ook vorstgevoeligheid. Groenbemestermengsels zijn specifiek samengesteld om deze eigenschappen optimaal te combineren.

We onderscheiden de GLB mengsels waarbij een minimale hoeveelheid zaaizaad is bijgemengd en de meervoudige mengsels.

Samenstelling

Groenbemestermengsels zijn samengesteld uit meerdere plantensoorten. Elke plant stimuleert het bodemleven op zijn eigen wijze en zorgt voor doorworteling op meerdere diepten. Door deze concurrentiestrijd onderling ontstaat er ook meer biomassa, dan dat er met een enkelvoudige groenbemester wordt behaald. Dit geldt voor zowel de bovengrondse als de ondergrondse delen. Ook stimuleren meerdere plantensoorten de vermeerdering en diversiteit van bodemleven.  

Recent onderzoek toont aan dat deze mengsels tot 20% meer organische stof kunnen produceren dan wanneer de componenten afzonderlijk van elkaar zouden worden ingezaaid.

Orgamax is een mengsel met veel organische stofpotentie, onder andere door de grote hoeveelheid zonnebloemen als C4 gewas. Het mengsel heeft door de aanwezigheid van Japanse haver en gele mosterd een hoge slagingskans met een snelle bodembedekking. Daarnaast is de Orgamax vorstgevoelig en is dus makkelijk onder te werken in de winter.

Samenstelling Orgamax: 50% zonnebloemen, 35%  japanse haver en 15% gele mosterd

Nemaredux combineert de voordelen van een mengsel zonder dat er risico is op het vermeerderen van aaltjes. Naast de multiresistente Doublet bevat het mengsel ook Facelia en zwaardherik zodat bietencystenaaltjes en Chitwoodi worden bestreden. Het mengsel heeft daarnaast een intensieve beworteling in meerdere lagen van de bodem.

Samenstelling Nemaredux: 70% Doublet, 20% facelia en 10% zwaardherik

Terralife Betamaxx  is ontwikkeld vóór de teelt van suikerbieten en past op bodems met voldoende hoge pH. De diepwortelende Deeptill TR bladrammenas vriest 's winters kapot en laat zuurstof in de bodem toe, waardoor de bodem in het voorjaar sneller opwarmt. Eerder zaaien is daardoor goed mogelijk!

Samenstelling Betamaxx: 11% Deeptill bladrammenas, 8% Alexandrijnse klaver, 25% Erwten, 6% Facelia, 4% Niger, 14% Japanse haver, 30% Zomerwikken en 2% Ethopische mosterd

Terralife SolaRigol heeft een grote diversiteit aan planten en is met name samengesteld voor een intensieve en snelle beworteling.  Vooral de specifieke wortels van de Deeptill bladrammenas zijn in staat verdichte bodemlagen te doorgronden.

Samenstelling SolaRigol: 35% zomerwikken, 20% japanse haver, 15% niger,  14% Deeptill TR bladrammenas, 7% Vlas, 6 % alexandrijnse klaver, 2% ethiopische mosterd en 1% deder

Terralife WarmSeason is vooral geschikt voor een vroege inzaai (tot half augustus). De verschillende componenten tolereren warme en drogere omstandigheden en gezien de vertraagde bloei is de kans op zaadvorming gering.

Samenstelling WarmSeason: 37% wikke, 21% sorghum, 18% vlas, 12% alexandrijnse klaver, 11% niger en 1% ethiopische mosterd

Terralife Vitamaxx brengt extra biomassa en kan veel bodemstikstof vastleggen. Snelle beginontwikkeling en grote worteldiepte maken ook de mineralen uit de diepere bodemlagen beschikbaar.

Samenstelling Vitamaxx: 2% Deeptill TR bladrammenas, 4% Ethiopische mosterd, 7% Gele mosterd, 26% Boekweit, 5% Vlas, 30% Japanse haver, 2% Facelia, 5% Deder, 17% Niger en 2% Zonnebloem

Toepassing

Om aan de vergroeningseis van 5% ecologisch aandachtsgebied te voldoen kunt u kiezen uit verschillende maatregelen, waaronder de inzet van groenbemesters. Als u geen gebruikt maakt van groenbemesters voor deze invulling, dan zijn onderstaande regels niet van toepassing.

• De wegingsfactor voor groenbemesters is 0,3. Dit houdt in dat elke hectare groenbemesting meetelt als 0,3 hectare voor de vergroening.
• Er dient een mengel gezaaid te worden van minimaal 2 soorten, waarvan 1 soort voor minimaal 3% toegevoegd.
• Er dient minimaal 75% van de aanbevolen hoeveelheid zaaizaad te worden ingezaaid.
• Groenbemester dient te worden ingezaaid na 15 juli en uiterlijk 15 oktober.
• Groenbemester als onderzaai gaat in op het moment van oogst van de hoofdteelt
• Voor zowel vanggewas als onderzaai, of als nateelt geldt een minimale termijn van 8 weken. Beweiden, maaien en/of klepelen is in deze periode niet toegestaan.
• Voor overige voorwaarden kunt u de site van RVO raadplegen.